Namibië

Wildlife en woestijn, tips voor de ultieme route door Namibië

In een 4×4 met een tent op het dak, ben ik van Kaapstad naar Windhoek gereden. Ik bleef één week in Zuid Afrika en twee weken in Namibië. In twee weken kun je alle highlights van Namibië zien, maar je brengt wel veel tijd in de auto door. Als je wat meer tijd hebt, raad ik aan om drie weken voor deze route door Namibië te nemen, zodat je minder lang in de auto zit. 

Namibie rondreis routekaart met de leukste plekken

Noordoewer

Als je net als ik via Zuid Afrika naar Namibië reist, zorg dan dat je op tijd bij de grensovergang bent. Ik was rond 15:00 uur bij de grens maar alles duurde zo lang dat we pas om 18:15 uur Namibië in konden rijden. Stipt om 18:00 uur ging de zon onder, dus dat betekende dat ik door het pikkedonker (want geen straatverlichting of andere automobilisten) mijn slaapplek moest zien te vinden.

Tip: 
Direct na de grensovergang zit een groot tankstation. Zorg dat je hier je auto direct vol gooit en geld pint. In Namibië zijn tankstations en pinautomaten namelijk schaars en je wilt niet (net zoals ik) zonder cash en/of benzine komen te staan.

Slapen: 
Ik sliep in Noordoewer bij Amanzi Trails River Adventures. Dit is de plaats waar je direct na de grensovergang vanuit Zuid Afrika aankomt. Toen het de volgende ochtend licht werd, zag ik pas op wat voor prachtige plek ik geparkeerd stond. De camping ligt aan een rivier waar ook veel leuke activiteiten te doen zijn. Dus als je wat langer de tijd hebt kun je hier zeker een paar dagen doorbrengen.

Ai-Ais
Van Noordoewer reed ik naar Ai-Ais. Voor mij was dit echt een pech dag want mijn benzine raakte op en ik heb het op het nippertje gehaald tot Hobas. Hier zou een tankstation zijn volgens Google Maps, maar die bleek geen benzine meer te hebben. Gelukkig was er iemand zo vriendelijk om voor mij een jerrycan benzine te halen bij het eerstvolgende benzinestation, 80 km verderop. Met mijn laatste cash (want er was ook nergens een pinautomaat te vinden) heb ik de jerrycan nog net kunnen betalen. 

Tip:
Je denkt vaak dat plaatsen op de kaart een stad of dorp zijn, maar in Namibië is een naam op de kaart soms alleen een campsite. Dat is ook het geval bij Ai-Ais. Je kunt hier naar de hotspring maar dit stelt niet veel voor. Het is letterlijk een gat in de grond met water wat te heet is om aan te raken. De camping waar ik sliep heeft wel een spa wat water gebruikt uit de hotspring.

Slapen:
Ik sliep op de Ai-Ais Hotsprings Spa Campsite. Dit is een mooie campsite met zwembad. Goede alternatieven zijn Hobas Campsite en Canyon Roadhouse (Hier hebben ze een pinautomaat en tankstation, maar de pinautomaat was wel leeg toen ik daar aankwam).

Fish River Canyon
In de ochtend ben ik naar het uitkijkpunt van Fish River Canyon gereden. Dit was 50 minuten rijden vanuit Hobas. Ik was alleen een ochtend bij Fish River Canyon, maar omdat je hier ook verschillende hikes kunt maken, kun je je hier prima een paar dagen vermaken. De Fish River Canyon is namelijk, op de Grand Canyon in de VS na, de langste canyon ter wereld. Daarna ben ik nog 3,5 uur doorgereden naar Klein-Aus-Vista. 

Slapen:
Klein Aus Vista Desert Horse Camp
is de camping waar ik aan het eind van de dag verbleef. Dit is een mooie camping vanuit waar je ook mooie hikes kunt doen. Het is ook een goede uitvalsbasis om de wilde woestijnpaarden te bekijken, mits het niet zo droog is als toen ik er was (oktober). Er is een waterbron waar de paarden vaak te vinden zijn maar als het te droog is vertrekken ze naar andere gebieden.

Kolmanskop
Vroeger was Kolmanskop één van de rijkste dorpen van Afrika vanwege de diamanthandel. Toen er geen diamant meer te vinden was hebben alle bewoners het dorp verlaten. Sommigen hebben letterlijk alleen hun kleren ingepakt en zijn weggegaan. Je kunt nu ronddwalen in dit volledig verlaten dorp en ook de huizen van binnen bekijken. Omdat er in de omgeving vrijwel niets anders is dan zand, zijn de huizen in de loop der jaren steeds meer onder het zand komen te liggen. Dit geeft een surreëel beeld en is fantastisch om te zien. Ik kwam al ’s ochtends vroeg aan in Kolmanskop en toen was er verder helemaal niemand, wat het extra speciaal maakte. Je moet ook wel enigszins vroeg gaan want je kunt Kolmanskop maar tot 13:00 uur bezoeken. Daarnaast moest ik hierna nog 5 uur rijden naar Sesriem dus was het ook nodig om vroeg te gaan.

Tip:
Vanaf Klein Aus Vista is er één rechte weg richting Kolmanskop. Aan het begin van deze weg is er aan de rechterkant een pad richting een waterhole. Deze staat ontzettend slecht aangegeven dus je moet goed opletten. Ik zag geen paarden bij deze waterhole maar er zijn meestal wel wat struisvogels, herten en andere beestjes te vinden. Het schijnt dat je heel vroeg ’s ochtends of juist laat in de middag de meeste kans hebt om de wilde paarden te zien.

 

Slapen:
Na Kolmanskop reed ik door naar Sesriem. Omdat we de volgende ochtend meteen met zonsopkomst Sossusvlei wilden bezoeken, heb ik gekozen voor een camping naast de ingang van het park; Sossus Oasis Campsite. Dit was een mooie campsite met zwembad en je had je eigen toilet/badkamer/keuken gebouwtje. Daarnaast hebben ze ook een eigen tankstation, wat super handig is.

Sossusvlei
Iets wat je absoluut niet mag overslaan als je naar Namibië gaat is Sossusvlei. Voor zonsopkomst rijdt je naar de poort, waar je naar binnen gelaten wordt zodra de eerste zonnestraal tevoorschijn komt. Je rijdt over een lange rechte weg met aan beide kanten prachtige zandduinen die nog meer oranje kleuren door het licht van de opkomende zon. Je kunt ervoor kiezen om de zonsopkomst te bekijken bij Dune 45. Dit is een duin die je ziet na 45km op deze lange weg, vandaar ook de naam. Ik heb ervoor gekozen om helemaal door te rijden tot het einde van de weg. Daar parkeerde ik mijn auto en met een jeep ging ik verder naar Dodevlei en Big Daddy. De zonsopkomst hier was magisch. Je kunt hier de verschillende duinen op klimmen of gewoon rondlopen over de uitgedroogde zoutpan van de Dodevlei. De oranje duinen, het witte zout en de grijze dode bomen zijn super fotogeniek. Met de jeep ben ik nog naar Big Mamma en Hidden Vlei geweest.

Je kunt prima een hele dag spenderen bij Sossusvlei maar ik raad je aan om dat dan in tweeën te splitsen en twee ochtenden te gaan. Ik dacht dat we een hele dag zouden spenderen in de Sossusvlei maar na een halve dag had ik het wel gezien. Voornamelijk omdat het op een gegeven moment echt te heet wordt om door het zand heen te banjeren. Mocht je wel in de middag nog rond willen lopen door de duinen, doe dan dichte schoenen aan en ga niet net als ik op slippers. Neem ook voldoende water mee.

Tip:
Bij een benzinestation kun je je bandenspanning laten verlagen (naar 1.6). Dit wordt overal aangeraden maar is niet nodig als je alleen over de normale weg rijdt. Aan het einde van de normale weg heb je de keuze om voor weinig geld met een jeep mee te rijden die je naar de verschillende duinen rijdt, of om zelf te gaan rijden. Als je zelf gaat rijden heb je inderdaad de lage bandenspanning nodig maar dit raad ik je niet aan. Ik zag een aantal mensen die vast waren komen te zitten in het zand. Dit betekent dan ook letterlijk dat je daar vast zit want de auto kan er pas de volgende ochtend uit gesleept worden omdat het zand vanwege de warmte te zacht wordt in de middag. Ik zou het risico niet nemen want het is super makkelijk (en leuk) om één van de jeepjes te pakken die constant heen en weer rijden.

Slapen:
Tussen Sesriem en Swakopmund ligt, een beetje verscholen, camping: Bushman’s Desert Camp. Zorg dat je niet net als ik vol gas gaat over het zandweggetje. De weg houdt namelijk ineens op en dan rij je een soort ravijn in waar de camping ligt. Ik was bijna bovenop de camping gevlogen met mijn auto. Wat leuk is, is dat ze ook een eigen waterhole hebben waar je ’s avonds dieren kunt spotten.

Swakopmund
Vandaag staat weer een autorit van ruim 4 uur op het programma. Ik ben vanuit mijn camping doorgereden naar Walvisbaai en Swakopmund. Hier heb ik rondgelopen en geluncht. Omdat het daar erg koud was vergeleken met de rest van Namibië, en ik hier niet op gekleed was, ben ik uiteindelijk doorgereden naar Cape Cross Bay om hier te overnachten. Naast deze campsite zit een rescue center voor zeehondjes, en daarom zie je veel van deze beestjes op het strand.  

Slapen:
Één van de laatste campsites voordat je aankomt bij de Skeleton Coast, is Cape Cross Campsite. Hier heb ik geslapen omdat ik de volgende dag graag via de Skeleton Coast wilde rijden.

Skeleton Coast
Het schijnt aan de kust, en dan voornamelijk het stuk bij de Skeleton Coast, elke morgen grijs en bewolkt te zijn. Dit past ook super goed bij het spookachtige sfeertje wat er hier hangt. Het heet natuurlijk niet voor niks ‘Skeleton Coast’. Nadat je door een hek met allemaal doodshoofden bent gereden, rij je officieel langs de Skeleton Coast. Langs deze route zijn een paar afslagen waar je shipwrecks kunt bekijken. Ik ben ook bij de Huab Lagoon van de weg af gegaan om flamingo’s te bekijken. Toen ik wilde uitstappen om van dichterbij een foto van de flamingo’s te maken zag ik net op tijd het bord: ‘Blijf in je auto! Er loopt hier een leeuw!’. De leeuw heb ik hier helaas niet gezien. Zodra ik landinwaarts reed, weg van de Skeleton Coast, begon de zon direct weer te schijnen. 

Slapen:
Ik had mijn campsite uitgekozen omdat vanwege de goede locatie op weg naat Etosha, maar het bleek ook nog één van de mooiste campsites te zijn van mijn reis; Madisa Camp. Er is een zwembad en je hebt een privé badkamer / toilet / keuken in de buitenlucht. Ook is er een grote rots waar je op kan klimmen voor de zonsondergang. Als je mazzel hebt kun je vanaf hier ook olifanten spotten.

De weg naar Etosha
Vergis je niet in de afstanden in Namibië. Ook vandaag zat ik weer 5 uur in de auto. Toch is het geen straf om hier te rijden. De wegen zijn niet altijd even goed, maar het landschap is prachtig! Hoe dichter je bij Etosha in de buurt komt, hoe meer wilde beesten je kunt spotten, gewoon langs de weg. Maar soms zie je ook urenlang alleen maar zandvlaktes. Als je een tegenligger tegenkomt, zwaai je naar elkaar, want dit gebeurt namelijk niet zo vaak.

Slapen: 
Om op tijd in Etosha te kunnen zijn, en daar drie volle dagen te kunnen besteden, slaap ik in Etosha Safari Camp net voor de ingang van Etosha. Dit is weer een prachtige campsite, voorzien van alle gemakken. Deze camping vond ik extra bijzonder door wat er ’s nachts gebeurde. Ik moest naar de wc en ritste de tent open. Ineens hoorde ik allemaal hoeven wegrennen. Ik klom uit de tent en zag dat mijn auto was omringd door zebra’s, verschillende soorten hertjes en in de verte zag ik een giraffe voorbijlopen. Zo bizar dat deze dieren ’s nachts gewoon om je tent heen lopen. Wel een fijn idee dat je dan hoog bovenop de auto slaapt.

Etosha
Ook vandaag sta ik weer voor de zonsopkomst op, zodat ik met de eerste zonnestralen het park binnen kan rijden. Het is in Etosha mogelijk om georganiseerde safaritours te doen met een gids, maar ik vond het veel leuker om zelf te rijden. Ook is het niet heel moeilijk om de dieren te spotten. Alleen de katachtigen kunnen soms wat lastiger zijn. Je rijdt eigenlijk van de ene waterhole naar de andere. Bij deze waterholes is het, zeker in de droge periode waarin ik er was, super druk met allerlei dieren.

Tip: 
Je mag alleen tussen zonsopkomst en zonsondergang in het park rijden en hier zijn ze heel streng in. Als je met zonsondergang de Okaukuejo Campsite oprijdt, ga dan direct naar de waterhole. Dit is het moment waarop veel dieren naar de waterhole komen omdat het minder heet is. Ik zag een hele familie olifanten met op de achtergrond de fel oranje ondergaande zin. Dit beeld zal ik niet snel vergeten.

Slapen: 
De eerste nacht in Etosha sliep ik in Okaukuejo Campsite. Dit is een vrij simpele camping maar je hebt er alles wat je nodig hebt en de ligging is perfect voor de eerste nacht.

Tamboti
Ook vandaag heb ik weer een hele dag rondgereden in Etosha. Het park is heel groot dus je moet er ook wel minstens twee dagen voor uittrekken. En het verveelt nooit. Net als je denkt dat je geen wildlife meer tegen gaat komen, dan ligt er ineens een groep leeuwen op de weg. Het is niet te voorspellen en elke dag is anders. Maar dat je bijzondere dingen gaat zien, dat staat vast.

Slapen:
Tamboti Campsite had ik gekozen omdat het helemaal aan de andere kant van Etosha ligt ten opzichte van Okaukuejo. Alleen dacht ik dat de camping ook binnen in het Etosha park lag, maar dit bleek niet het geval. Dit maakt echter niet heel veel uit want de camping ligt letterlijk meteen na de uitgang van Etosha dus je hoeft niet ver te rijden. De campsite is super mooi. Eigenlijk is het bijna zonde dat ik hier alleen tijd heb doorgebracht tussen zonsondergang en zonsopkomst.

Sachsenheim
Ondanks dat het op sommige websites wel vertelt wordt, kun je de big five niet zien in Etosha. Dit komt omdat de buffel niet in Etosha leeft. (Deze kun je wel b.v. bij Waterbergplateau tegenkomen.) Maar ook zonder de buffel was Etosha een van de mooiste ervaringen uit mijn leven. Dit zijn een aantal van de beesten die ik gezien heb tijdens mijn ritjes door het park: olifanten, zebra’s, giraffen, neushoorns, leeuwen, hyena’s, jackhalzen, luipaarden en ontelbare vogels en verschillende soorten herten.

Slapen: 
Na mijn trip door Etosha sliep ik bij Sachsenheim Guest Farm. Dit is een campsite vlakbij Tambobi, net buiten Etosha. Ik wilde mijn laatste dag in Etosha nog wel goed kunnen benutten dus ik wilde niet te ver rijden. Het leuke aan deze campsite is dat het ook een soort boerderij is. Dan slaap je ineens tussen de koeien ipv tussen de zebra’s.

Waterberg plateau
Vandaag rij ik in 4 uur naar Waterberg Plateau. Ook deze route is prachtig, en wat opvalt is dat dit deel van Namibië een stuk groener is. Ik heb helaas maar één dag de tijd voor Waterberg maar anders zou dit een mooie omgeving zijn voor een langere hike.

To do:
Ik heb in de ochtend een hike over het plateau gedaan. Dit is wel een must-do als je naar Waterberg Plateau gaat. Nadat je 200m omhoog bent geklommen heb je prachtig uitzicht over het hele gebied. Daarna wandel je over de plateau waar je ook neushoorns tegen kunt komen. Bizar feitje van onze gids: Er leefden vroeger geen grote dieren op het plateau. Alle neushoorns, giraffen enz zijn naar boven gehesen. Ze kunnen ook niet meer zelfstandig naar beneden omdat het plateau een te stijle berg is. Dit hebben ze gedaan om de bedreigde dieren (zwarte neushoorn) te beschermen tegen stropers.

Slapen:
Ik slaap op Waterberg Plateau Campsite. Deze campsite ligt in het nationaal park.

Windhoek
Mijn laatste bestemming is Windhoek, de hoofdstad van Namibië. Het is weer eens wat anders om weer in een grote stad te zijn, na zo lang weinig mensen te hebben gezien. Er is van alles te doen in Windhoek en voor het eerst is er een ruime keuze aan restaurants. Windhoek is een stad waar je prima één of twee dagen kunt verblijven omdat je reis hier vaak begint of eindigt. Maar je komt meestal naar Namibië voor de natuur en daar is in Windhoek vrijwel niets van te zien.

 

Slapen:
Omdat ik de volgende dag terug naar Nederland vlieg en omdat ik in de ochtend eerst nog mijn 4×4 moet inleveren, slaap ik op een campsite net buiten Windhoek in de buurt van de luchthaven: Ondekaremba Campsite. Dit is een mooie campsite waar je prima langere tijd kunt verblijven als je wat meer dagen in Windhoek wilt blijven.

Extra tips

Namibië is een prachtig land, maar geen land waar je zomaar even last-minute naar toe gaat. Het is belangrijk om je van te voren een beetje te verdiepen in het land en dan zul je een onvergetelijke reis hebben. Bekijk mijn tips voor Namibië hieronder.

  • Zodra je een ATM ziet: pinnen! Pinautomaten zijn schaars en het komt ook vaak voor dat er geen geld meer in zit.
  • Je kunt in Namibië ook overal met de Zuid Afrikaanse Rand betalen, mocht je die nog over hebben van Zuid-Afrika.
  • Gooi je auto vol bij elk tankstation. In het noorden zijn er wat meer maar in het zuiden zijn er erg weinig tankstations en ze zijn vaak ook leeg.
  • Download Maps.me. Google Maps klopt vaak niet.
  • Temperaturen kunnen erg verschillen tussen dag en nacht en ook per lokatie. Neem daarom ook voldoende warme kleren mee.
  • Koop een simkaart met internet als je het belangrijk vindt om online te zijn of af en toe iets wilt opzoeken. Wifi is er vaak niet, doet het niet, of is betaald en doet het dan vaak alsnog niet.
  • Neem genoeg eten mee voor op de braai. Restaurants zijn er niet altijd en supermarkten ook niet.
  • Neem een goede camera mee. Ik heb al deze foto’s gemaakt met mijn iPhone maar soms was het fijner geweest om iets meer in te kunnen zoomen.
  • Ben je vegetariër? Dan zul je het misschien wat lastiger vinden om uit eten te gaan. Vega kennen ze in de meeste restaurants niet, of je krijgt alleen wat sla met een beetje tomaat. Het vlees is wel erg lekker en ook allemaal vers en lokaal, dus als je een uitzondering kunt maken voor de vakantie zou ik dat zeker doen.